Is het Belgische gezondheidssysteem voorbereid op een vroege diagnose bij de ziekte van Alzheimer?

Beleidsnota gebaseerd op gesprekken met alle Belgische gezondheidszorgactoren omvat werkbare oplossingen voor dure maar genezende therapieën

Walter Van Dyck

Door Walter Van Dyck

Professor of Innovation Management

05 april 2022

‘Disease-modifying therapies’ (DMT) worden steeds toegankelijker om de ziekte van Alzheimer te behandelen. Maar om doeltreffend te zijn, is een vroege diagnose echter van cruciaal belang. Is de Belgische gezondheidszorginfrastructuur in staat om vroeg genoeg een diagnose te stellen? Er is een grote onvervulde klinische en sociale behoefte om deze ziekte te behandelen, maar de invoering van DMT's kan een transformatie van de Belgische gezondheidszorgpraktijk vereisen. Deze paper ter voorbereiding van het gezondheidsbeleid is het resultaat van een Belgische Rondetafelconferentie over de ziekte van Alzheimer in een vroeg stadium, van een geanonimiseerde enquête in geheugenklinieken en een computersimulatie. Via een dialoog met alle stakeholders worden werkbare oplossingen voorgesteld voor dure maar genezende therapieën.

desktop-hero-puzzle-brain

Wereldwijd lijden ongeveer 36 miljoen mensen aan de ziekte van Alzheimer of andere degeneratieve neurologische aandoeningen. Men verwacht een verdubbeling van dat cijfer tegen 2030 om in 2050 uit te komen op ongeveer 115 miljoen getroffen mensen. Deze cijfers gaan uit van de veronderstelling dat er voor deze ziekte geen behandeling gevonden wordt, of dat we er niet in slagen om de ziekte van Alzheimer te voorkomen. Tot nu toe focust een behandeling steeds op de vroegst mogelijke en ethisch aanvaardbare stadia van dementie, en gaat het vooral om symptoombestrijding. Op heden is er echter geen geneesmiddel of behandeling die de evolutie van de ziekte kan afremmen en klinische resultaten op duurzame wijze kan verbeteren.

Nu disease-modifying therapies (DMT) geleidelijk aan beschikbaar worden, zou het belang van een vroege diagnose (en toegang) een cruciale eerste stap kunnen zijn om de evolutie van de ziekte te vertragen. Dat kan ook een impact hebben op het reduceren van de kosten, gezien patiënten langer in een fase van thuiszorg zouden kunnen bijven.

Professor Walter Van Dyck, directeur van het Vlerick Healthcare Management Centre, bracht alle Belgische gezondheidszorgactoren samen tijdens rondetafeldiscussies met het oog op de beschikbaarheid van DMT binnen het gezondheidszorgsysteem. Deze beleidsnota (in het Engels) beschrijft de conclusies binnen drie praktische domeinen: vroege bewustwording van de ziekte van Alzheimer, vroege diagnose van de ziekte van Alzheimer en een symptomatische behandeling en behandeling via DMT. Daarna volgen de resultaten van een simulatiestudie die opgezet werd als gedachtenexperiment. Gezien er te weinig Belgische epidemiologische informatie beschikbaar is, werden veronderstellingen gemaakt op basis van individuele en anonieme interviews met diensthoofden van geheugenklinieken in België. De computersimulatie vormt een kwantitatieve test voor de belangrijkste, voorlopige conclusies van de drie ronde tafels die eerder georganiseerd werden.

Neem contact op!

Walter Van Dyck

Walter Van Dyck

Professor Technology & Innovation Management and Faculty Dean